Bijbels gezag
1. Het principe van gezagsverhouding in de geestelijke wereld

2. Geloof en gezag
2.1 Wat is een groot geloof
2.2 Gezag en geestelijke volwassenheid

3. Gezag, liefde en verantwoordelijkheid
2.2 Gezag, een goddelijke instelling
3.1 Wereldse macht ó Bijbels gezag.
2.4 Verantwoordelijkheidsstelling in gezin en gemeente
3.2 Bijbelse macht en gezag als bescherming in het gezin.

4. De christen in de wereld.
4.1 Bijbelse macht en gezag.
4.2 De christen en de overheid. Rom.13:1-7

1. Het principe van gezagsverhouding in de geestelijke wereld


In de geestelijke wereld gelden autoriteitsprincipes.
Want door Hem zijn alle dingen geschapen die in de hemelen en die op de aarde zijn, die zichtbaar en die onzichtbaar zijn: tronen, heerschappijen, overheden of machten; alle dingen zijn door Hem en voor Hem geschapen (Kol.1:16)
Engelen worden als dienende geesten gezonden om de gelovigen te helpen die naar het heil verlangen. (Hebr.1:14)

Gezagsdrager zijn we alleen op eigen terrein:
Wij vermanen u, broeders …. Uw eigen zaken te behartigen  (1Thes.4:11);
Buiten ons toegestane gezagsgebied wacht ons lijden als bemoeial:
Laat dus niemand uwer moeten lijden ….. als een bemoeial (1Petr.4:15).

Als men buiten het toegestane gezagsgebied treedt, staat men bloot aan demonische machten.

2. Geloof en gezag

2.1 Wat is een groot geloof

Toen Jezus hoorde wat de hoofdman zei, verwonderde Hij Zich en zeide: “Voorwaar, zeg Ik u, bij niemand in Israël heb Ik een zó groot geloof gevonden!”  (Mat.8:10)
De hoofdman wist "ik ben zelf een ondergeschikte" d.w.z. dat hij een autoriteit boven zich had, terwijl hijzelf gezag kon uitoefenen over "soldaten onder mij "..  
Deze Romeinse hoofdman past deze gezagsstructuren toe op Jezus en het Koninkrijk van God met betrekking tot zijn verzoek om genezing van zijn joodse slaaf.
De Here Jezus noemt de denkwijze en de handelwijze van de hoofdman: 'groot geloof'.  Jezus bevestigt daarmee dat er ook in het Koninkrijk Gods dergelijke structuren zijn. Christus Jezus stond onder het gezag van de Vader en hoefde slechts één woord te spreken en de slaaf was gezond. Toch zei Hij ook: “Ik kan van Mijzelf niets doen;….Want Ik zoek niet mijn wil, doch de wil van Hem, die Mij gezonden heeft” (Joh.5:30).
Aan de Kananese vrouw antwoordde Jezus en zei:
“O, vrouw, groot is uw geloof, u geschiede gelijk gij wenst!” (Mat.15:28)
Het geloof van de heidense vrouw wordt groot genoemd, omdat zij haar positie erkende en zich beriep op de macht en de genade van de Here Jezus.            
Conclusie:
Een belangrijk aspect van een groot geloof is, inzicht hebben in de gezagsverhouding in het Koninkrijk der hemelen en zich daaraan onderwerpen


2.3 Gezag en geestelijke volwassenheid


De Bijbel zegt:
• “Herinner hen er aan, dat zij zich aan alle overheid en gezag onderwerpen”. (Titus 3:1)
Paulus herinnert ons aan iets wat we vanuit onze menselijke natuur gemakkelijk vergeten. En ook willen vergeten, want het gaat tegen onze natuur in. Van nature zijn we zondaars, die autonoom willen handelen; 'als God willen zijn'. Maar de wederomgeboren mens, die volgeling van Christus Jezus wil zijn, zal naar Gods Woord willen luisteren:
• “Ieder mens moet zich onderwerpen aan de overheden,die boven hem staan. Want er is geen overheid dan door God en die er zijn, zijn door God gesteld.” (Rom.13:1)
• “Onderwerpt u aan alle menselijke instellingen, om des Heren wil; hetzij aan de keizer, als opperheer, hetzij aan stadhouders, als door hem gezonden tot bestraffing van boosdoeners, maar tot lof van wie goed doen.” (1Petr.2:13)
• “Jezus antwoordde: Gij zoudt geen macht tegen Mij hebben, indien het u niet van boven gegeven ware:” - zelfs de Here Jezus erkende de macht van Pilatus en onderwierp Zich er aan, maar tegelijkertijd kon Hij met grote majesteit wijzen op de zonde - “daarom heeft hij , die Mij aan u heeft overgeleverd, groter zonde.” (Joh.19:11)  
Aan ouders, opvoeders en docenten wordt gezag over de aan hen toevertrouwde kinderen verleend. Dat heeft belangrijke consequenties. Bijbels gezag uitoefenen betekent: eisen aan zichzelf stellen.
• “een opziener moet zijn…. Een goed bestierder van zijn eigen huis, die met alle waardigheid zijn kinderen onder tucht houdt; indien echter iemand zijn eigen huis niet weet te bestieren, hoe zal hij voor de gemeente Gods zorgen?” (1Tim.3:4,5)
• “wij spreken op gezag van God en voor Gods aangezicht.” (2Kor.2:17)

Uit deze teksten kunnen enkele bijbelse principes worden afgeleid:
·    Gezag is altijd gedelegeerd gezag. Gezag wordt verleend door een autoriteit. Gezag uitoefenen betekent in de eerste plaats zichzelf onderwerpen aan goddelijk gezag.
·    Gezag dient ter bestraffing van kwaad en ter bevordering van het goede.
·    Een bijbelse gezagsdrager moet wat te zeggen hebben: door woord en daad een voorbeeld zijn.
Deze principes staan haaks op die in de huidige maatschappij. Daarin is sinds de 60-er jaren een bolwerk van anti-autoritaire en permissieve opvoeding opgericht. En de vrucht daarvan vindt men nu in de hedendaagse gedoog- en onderhandel- cultuur. Een samenleving van individuen die autonoom willen handelen en die geneigd zijn de verantwoording voor hun daden op anderen af te schuiven.

Definitie volwassenheid.
Volwassenheid is als volgt te definiëren:  volwassenheid = zelfstandigheid in afhankelijkheid


3. Gezag, macht, liefde en verantwoordelijkheid

3.1 Wereldse macht <=> Bijbels gezag.

Werelds gezag betekent dikwijls:
- òf je bent gelijk, maar dan heeft de één geen gezag over de ander,
- òf je bent ongelijk en dan heerst de een over de ander.
Dit is echter totaal verschillend met het bijbelse gezag.
Door de zondeval is het aardse gezag dat Adam in de Hof van Eden had, verworden. Met als gevolg dat in het wereldse denken van de mens 'gezag hebben' een wanklank van onderdrukking heeft gekregen.
Onder wereldse macht verstaat men de baas zijn, heersen. En 'de baas zijn' wordt dikwijls (en soms onbewust) uitgeoefend door middel van domineren, manipuleren, intimideren.
Het is de macht van de oude mens die onder invloed staat van de 'Overste van de macht der lucht'. (Ef.2:2)
Bijbels gezag betekent een opdracht, een verantwoordelijkheidsstelling.
In de Bijbel wordt een gezagsdrager verantwoordelijk gesteld en moet hij/zij de gevolgen voor zijn optreden dragen. (Gen.2:15-17)

3.2 Gezag, een goddelijke instelling

De Bijbel openbaart ons in God een relatie van ondergeschikt-zijn in liefdevolle afhankelijkheid, zonder de wrange smaak van onderdrukking die bij ons mensen aan ondergeschikt zijn kleeft, sinds de zondeval.
Figuur  Gezagsstructuur binnen de goddelijke Drieenheid

Veel gelovigen houden zich meer bezig met de Liefde van Jezus dan met het Gezag van God. Toch zijn deze begrippen niet van elkaar te scheiden.
De Leeuw uit de stam van Juda is dezelfde als het Lam dat geslacht is.(Openb.5:5,6)
En eens zal de wereld zal beven voor de toorn van het Lam (Openb.6:16)
In de Bijbel zien we de volgende begrippen: Een Autoriteit die macht heeft om een Ander gezag uit te laten oefenen en dat in volmaakte harmonie des Geestes.
3.3 Verantwoordelijkheidsstelling in gezin en gemeente

De man wordt verantwoordelijk gesteld (1Kor.11:3):
…het hoofd van ieder man is Christus, het hoofd der vrouw is de man…  
De reden:
• wij  hebben te worstelen tegen boze geesten in de hemelse gewesten (Ef.6:12)
• Eva is door verleiding in overtreding gevallen (1Tim.2:14)
• Adam heeft moedwillig gezondigd (Rom.5:14)

Daarom moet de vrouw een macht op het hoofd hebben vanwege de engelen. (1Kor.11:10)
3.2 Bijbelse macht en gezag als bescherming in het gezin.
4. De christen in de wereld.

4.1 Bijbelse macht en gezag.

Bijbels gezag betekent een opdracht, een verantwoordelijkheidsstelling.
In de Bijbel wordt een gezagsdrager verantwoordelijk gesteld en moet hij/zij de gevolgen voor zijn optreden dragen.
Dit kan bijvoorbeeld afgeleid worden uit de woorden van Mordechai aan Esther:
Want, als gij in deze tijd blijft zwijgen, dan zal er voor de Joden wel van andere zijde redding en uitkomst opdagen, maar gij en uws vaders huis zullen omkomen, en wie weet of gij niet juist met het oog op deze tijd de koninklijke waardigheid verkregen hebt (Esther 4:14).
Het kan ook afgeleid worden uit de geschiedenis van Abraham met betrekking tot Hagar.
Abraham luisterde naar de overwegingen van zijn vrouw Sara  (Gen.16:2) en vertrouwde niet op de belofte van de Here (Gen.15:1-4). Daarom krijgt hij in Gen.21:12 de opdracht: 'in alles wat Sara tot u zegt, moet gij naar haar luisteren. De gevolgen van zijn daad kunnen we heden nog zien in de botsing tussen de nakomelingen van Ismaël en Izaäk.
Bijbelse macht kenmerkt zich door: dienen en zorg dragen.
'Gij noemt mij Meester en Here, en gij zegt dat terecht, want Ik ben het. Indien Ik, uw Heere en Meester, u de voeten gewassen hebt, behoort ook gij elkander de voeten te wassen; want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat ook gij doet gelijk Ik u gedaan heb' (Joh.13:13).

4.2 De christen en de overheid. Rom.13:1-7

Hoofdstuk 12 eindigt met 'overwin het kwade door het goede'.
Daarvoor heeft God ook de overheid gegeven. Paulus legt dat uit in hoofdtuk 13 als volgt uit:
vs1,2  Zonder overheid ontstaat er chaos.
vs 3,4 Taak van de overheid: het goede bevorderen, de kwaden bestraffen.
vs 4  Goed doen bezorgt ons lof.     
- Als het een godvrezende overheid is: reeds in het aardse leven.
- Als het een God-vijandige overheid is, die ons martelt, is die overheid het middel waardoor we een martelaarskroon kunnen verwerven Op.2:10)
vs 5 Doen wat de overheid zegt; niet alleen uit vrees voor straf, maar ook om een zuiver geweten te houden.
Als bijvoorbeeld iemand niet oprecht handelt wat betreft belastingen, door ze te ontduiken, bestaat er kans op directe strafmaatregelen (de toorn), maar vooral ook kans op geestelijke schade. Het geweten is niet meer helemaal zuiver, en dat uit zich in minder goed contact met God: minder interesse in bijbellezen, gebed, kerkgang en omgang met andere gelovigen. Daardoor verliest men het geestelijke onderscheidingsvermogen waardoor gemakkelijk zonden kunnen binnendringen.
vs6 De overheid zal eens verantwoording moeten afleggen voor de belastingen die ze geïnd heeft.
vs7 belasting »  inkomstenbelasting; tol » invoerrechten

Bijbelse richtlijnen worden gegeven als principes.
Een kind van God dat in goede verhouding staat met de hemelse Vader kan aan de hand van deze principes en geleid door Gods Woord bepalen hoe het moet handelen in concrete situaties. Het gaat hier om het principe van gezag waaraan men zich moet onderwerpen / dat men moet gehoorzamen.

De belangrijkste leidraad daarbij is hetgeen de Here Jezus zelf gezegd heeft.
1.Wat betreft belastingen:
geeft dan de keizer wat des keizers is en Gode wat Gods is. (Mat.22:15-22)
2.Wat betreft houding ten opzichte van gezag:
De Here erkende het gezag van Pilatus;
'U hebt macht tegen Mij'.
Maar tegelijk benadrukte Hij de goddelijke Autoriteit boven het aardse gezag;
'gij zoudt geen macht tegen Mij hebben, indien het u niet van boven gegeven ware'.
En bovendien toonde Hij de zondigheid van het religieuze en politieke systeem aan;
'die Mij aan u heeft overgeleverd heeft groter zonde'.

Dikwijls wordt Hand.5:29 (men moet Gode meer gehoorzamen dan de mensen), gebruikt om ongehoorzaamheid aan de overheid te verdedigen. Er wordt echter alleen maar over gehoorzaamheid gesproken, en de prioriteiten die gesteld moeten worden bij dit gehoorzamen.
printvriendelijke afdruk