Conclusie:
Een belangrijk aspect van een groot geloof is, inzicht hebben in de gezagsverhouding in het Koninkrijk der hemelen en zich daaraan onderwerpen
2.3 Gezag en geestelijke volwassenheid
De Bijbel zegt:
Herinner hen er aan, dat zij zich aan alle overheid en gezag onderwerpen. (Titus 3:1)
Paulus herinnert ons aan iets wat we vanuit onze menselijke natuur gemakkelijk vergeten. En ook willen vergeten, want het gaat tegen onze natuur in. Van nature zijn we zondaars, die autonoom willen handelen; 'als God willen zijn'. Maar de wederomgeboren mens, die volgeling van Christus Jezus wil zijn, zal naar Gods Woord willen luisteren:
Ieder mens moet zich onderwerpen aan de overheden,die boven hem staan. Want er is geen overheid dan door God en die er zijn, zijn door God gesteld. (Rom.13:1)
Onderwerpt u aan alle menselijke instellingen, om des Heren wil; hetzij aan de keizer, als opperheer, hetzij aan stadhouders, als door hem gezonden tot bestraffing van boosdoeners, maar tot lof van wie goed doen. (1Petr.2:13)
Jezus antwoordde: Gij zoudt geen macht tegen Mij hebben, indien het u niet van boven gegeven ware: - zelfs de Here Jezus erkende de macht van Pilatus en onderwierp Zich er aan, maar tegelijkertijd kon Hij met grote majesteit wijzen op de zonde - daarom heeft hij , die Mij aan u heeft overgeleverd, groter zonde. (Joh.19:11)
Aan ouders, opvoeders en docenten wordt gezag over de aan hen toevertrouwde kinderen verleend. Dat heeft belangrijke consequenties. Bijbels gezag uitoefenen betekent: eisen aan zichzelf stellen.
een opziener moet zijn
. Een goed bestierder van zijn eigen huis, die met alle waardigheid zijn kinderen onder tucht houdt; indien echter iemand zijn eigen huis niet weet te bestieren, hoe zal hij voor de gemeente Gods zorgen? (1Tim.3:4,5)
wij spreken op gezag van God en voor Gods aangezicht. (2Kor.2:17)
Uit deze teksten kunnen enkele bijbelse principes worden afgeleid:
· Gezag is altijd gedelegeerd gezag. Gezag wordt verleend door een autoriteit. Gezag uitoefenen betekent in de eerste plaats zichzelf onderwerpen aan goddelijk gezag.
· Gezag dient ter bestraffing van kwaad en ter bevordering van het goede.
· Een bijbelse gezagsdrager moet wat te zeggen hebben: door woord en daad een voorbeeld zijn.
Deze principes staan haaks op die in de huidige maatschappij. Daarin is sinds de 60-er jaren een bolwerk van anti-autoritaire en permissieve opvoeding opgericht. En de vrucht daarvan vindt men nu in de hedendaagse gedoog- en onderhandel- cultuur. Een samenleving van individuen die autonoom willen handelen en die geneigd zijn de verantwoording voor hun daden op anderen af te schuiven.
Definitie volwassenheid.
Volwassenheid is als volgt te definiëren: volwassenheid = zelfstandigheid in afhankelijkheid
3. Gezag, macht, liefde en verantwoordelijkheid
3.1 Wereldse macht <=> Bijbels gezag.
Werelds gezag betekent dikwijls:
- òf je bent gelijk, maar dan heeft de één geen gezag over de ander,
- òf je bent ongelijk en dan heerst de een over de ander.
Dit is echter totaal verschillend met het bijbelse gezag.
Door de zondeval is het aardse gezag dat Adam in de Hof van Eden had, verworden. Met als gevolg dat in het wereldse denken van de mens 'gezag hebben' een wanklank van onderdrukking heeft gekregen.
Onder wereldse macht verstaat men de baas zijn, heersen. En 'de baas zijn' wordt dikwijls (en soms onbewust) uitgeoefend door middel van domineren, manipuleren, intimideren.
Het is de macht van de oude mens die onder invloed staat van de 'Overste van de macht der lucht'. (Ef.2:2)
Bijbels gezag betekent een opdracht, een verantwoordelijkheidsstelling.
In de Bijbel wordt een gezagsdrager verantwoordelijk gesteld en moet hij/zij de gevolgen voor zijn optreden dragen. (Gen.2:15-17)
3.2 Gezag, een goddelijke instelling
De Bijbel openbaart ons in God een relatie van ondergeschikt-zijn in liefdevolle afhankelijkheid, zonder de wrange smaak van onderdrukking die bij ons mensen aan ondergeschikt zijn kleeft, sinds de zondeval.